Godsvrede: hefboom naar onafhankelijkheid

IJzerwake 2006De vzw IJzerwake heeft tot doel in de geest van de Frontbeweging (de beweging van de Vlaamse frontsoldaten in de loopgraven aan de IJzer tijdens de Eerste Wereldoorlog) het streven naar zelfbestuur voor Vlaanderen, nooit meer oorlog en godsvrede te stimuleren en uit te dragen.

– Onder het streven naar zelfbestuur voor Vlaanderen wordt verstaan: het ijveren voor de oprichting van de onafhankelijke staat Vlaanderen. Brussel en de gebieden die na 1830 een Franstalig of een tweetalig statuut kregen behoren onvervreemdbaar tot Vlaanderen.

– Onder nooit meer oorlog wordt verstaan: het streven naar een vreedzame oplossing voor internationale conflicten gesteund op het recht op zelfbeschikking voor elk volk. De vereniging kan alle initiatieven nemen die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot het realiseren van haar doel.

– Onder de godsvredegedachte wordt verstaan: de oproep gericht tot alle Vlamingen om ongeacht hun levensbeschouwelijke of partijpolitieke overtuiging samen te werken voor het realiseren van de onafhankelijke Vlaamse staat.

Godsvrede als hefboom naar onafhankelijkheid

Het koninkrijk België is een merkwaardige staat. Een staat waar politici de problemen op- lossen door ze niet op te lossen. De oorzaak ligt voor de hand: het zogenaamd Belgisch federalisme vereist een “betekenisvolle meerderheid” bij de Franstaligen en – als het even kan – ook nog een duidelijke meerderheid bij de Vlamingen, al is dat laatste niet echt noodzakelijk. Vermits de visies tussen Vlamingen en niet-Vlamingen bij de overgrote meerderheid van dossiers mijlenver uit elkaar liggen komt men haast nooit tot een werkbare meerderheid en dus beslist men niet.

De Belgische federatie is het probleem, niet de oplossing. Brussel-Halle-Vilvoorde blijft ongesplitst, ondanks een duidelijke grondwet en een al even duidelijke uitspraak van het Arbitragehof. De nachtvluchten op Zaventem raken niet opgelost en zelfs de rechters spreken mekaar tegen. De vergrijzing wordt aangepakt met een generatiepact dat de kool en de geit spaart en dus niets ten gronde oplost.

De gevolgen laten zich merken. Vlaanderen was tot voor kort één van de meest welvarende en dynamische regio ’s in Europa. Maar dit is geen vanzelfsprekendheid. Dat de koopkracht in Nederland ondertussen 25 % hoger ligt dan in België spreekt boekdelen.
Een daadkrachtig overheidsbestuur is absoluut noodzakelijk om onze positie voor de toekomst veilig te stellen. Vlaanderen heeft geen nood aan een halfslachtige nieuwe Belgische staatshervorming, maar aan Vlaamse staatsvorming. De staatkundige band met het laatste Oostblok land van Europa moet nu worden verbroken.

Dat is trouwens ook in het belang van Wallonië. Alleen wanneer Wallonië zelf de financiële verantwoordelijkheid draagt voor het gevoerde beleid zal Wallonië saneren. Nochtans klampt Wallonië zich angstvallig vast aan de transfers vanuit Vlaanderen. Zij hebben zich krampachtig in de hangmat van de zogenaamde “federale solidariteit” geïnstalleerd.

Daarom kan de Vlaamse staatsvorming enkel slagen als alle Vlaamse politici de belangen van Vlaanderen laten voorgaan op de partijbelangen en de persoonlijke carrière.

Godsvrede noemden de Vlaamse frontsoldaten dat. Deze boodschap uit de Eerste Wereldoorlog blijft vandaag actueler dan ooit te voren.

In deze fase van onze geschiedenis hebben Vlaamse politici niet het recht om zich van vijand te vergissen. Alle krachten dienen gebundeld om Vlaanderen een goed en dus eigen staatsbestuur te geven.

Laat ons dit samen duidelijk maken op zondag 20 augustus 2006 te Steenstrate.

Verslag

Ongeveer 4.500 mensen trotseerden zondag 20 augustus 2006 de striemende regen om de 5de IJzerwake aan het monument van de gebroeders Van Raemdonck in Steenstrate bij Ieper bij te wonen. De IJzerwake herinnert aan de oproep van de Vlaamse soldaten aan het IJzerfront tijdens de Eerste Wereldoorlog om onder het motto ‘godsvrede’ het algemeen belang te laten primeren.

Voor voorzitter Johan Vanslambrouck van de vzw IJzerwake is het streven naar een onafhankelijke Vlaamse Staat hét doel van de IJzerwake: “Volgend jaar is het 90 jaar geleden dat de eerste open Frontbrief verscheen, waarmee de Vlaamse Frontsoldaten hun grieven bekend maakten. Daarmee begon de moderne Vlaamse Beweging. 2007 is dus een geschikt jaar om eindelijk het Vlaams zelfbestuur te realiseren.”

“Vlaamse vrienden: we zijn lang genoeg gescheiden, de kinderen klagen.” Met deze woorden heeft jeugdspreker en ondervoorzitter van de Vlaamse Volksbeweging Pieter Bauwens op de 5de IJzerwake gepleit voor één Vlaams front. Ook Eric Defoort, voormalig N-VA-ondervoorzitter, stelde dat de verschillen binnen de Vlaams-nationalisten een devies moeten voeren: “Als het om de natie gaat, zijn we één.”

Een woord van dank

Na deze IJzerwake past ook een woord van dank. Dank aan allen, de naamlozen en de genoemden, aan allen die deze plechtige wake financieel mogelijk hebben gemaakt. Dank ook aan de talloze vrijwilligers, de zichtbaren en de vele onzichtbaren, die deze wake in goede banen hebben geleid.

Maar vooral ook dank aan allen, aanwezig te Steenstrate, omdat met hun blijvend én groeiend vertrouwen aan de IJzerwake bestaansrecht en toekomst werd gegeven.

Verslag

Er is, na de bekende teloorgang van de IJzerbedevaart, nog steeds nood aan een radicale Vlaams-nationale manifestatie. Zoveel is zeker, en dat werd nog maar eens bewezen door de duizenden mensen die op 20 augustus weerom hun weg vonden naar de IJzerwake. Net als vorig jaar kregen ze op de IJzerweide in Steenstrate weliswaar af en toe een fikse regenbui te verwerken, maar zoals steeds waren ze trouw op post.

Het is ondertussen reeds de vijfde maal dat de IJzerwake plaatsvond zodat men mag stellen dat de hoogmis van de Vlaamse Beweging inderdaad kan bogen op een zeer trouw publiek van voormalige IJzerbedevaartgangers. Dat is natuurlijk op zich een verheugende vaststelling, maar in wezen blijft het toch een zeer spijtig gegeven dat er nu reeds jarenlang twee IJzerherdenkingen naast elkaar bestaan. Van een echte godsvrede tussen Vlamingen kan er sowieso geen sprake zijn zolang er niet één enkele plechtige IJzerherdenking is.

En aan die spijtige vaststelling schonken zowel jongerenspreker Pieter Bauwens als gastspreker Eric Defoort de nodige aandacht. Voor VVB-ondervoorzitter Bauwens moet de Vlaamse Beweging aan de IJzer weer duidelijk met één stem spreken. “Vlaamse vrienden: we zijn lang genoeg gescheiden, de kinderen klagen”, verwoordde hij het raak. Voormalig N-VA-ondervoorzitter Eric Defoort drukte de bedevaarders op het hart dat hun uiteenlopende meningen en opinies over bijvoorbeeld ethische, culturele of economische aangelegenheden nooit meer de godsvrede met betrekking tot onze nationale aangelegenheid, zijnde de democratische strijd voor onafhankelijkheid, zouden mogen doorbreken. “Als het om de natie gaat, zijn we één”, aldus Defoort.

En onze nationale aangelegenheid, de democratische strijd voor Vlaamse onafhankelijkheid, liep vanzelfsprekend als een rode draad doorheen de toespraak van IJzerwake-voorzitter Johan Vanslambrouck. De Vlaamse onafhankelijkheid als enige middel om de democratie in Vlaanderen te herstellen. Hij wees ten overvloede op Belgische wantoestanden. Van het ons opgedrongen stemrecht voor niet-Europese vreemdelingen tot de Franstalige arrogantie rond BHV en de nachtvluchten, van het negeren van de taalwetten in Brussel tot de fratsen van het koningshuis…

Zoals steeds verliep de Wake zeer stijlvol en sereen. Het is en blijft, met de nationale liederen en met de toespraken en vlaggenparade een indrukwekkende plechtigheid. En indrukwekkend was zeker ook het ogenblik waarop Oostfronter Toon Pauli en verzetsman Aloïs Verbist als teken van verzoening mekaars eretekens uitwisselden. Een uiting van Godsvrede als inspiratie voor de talrijk aanwezige jonge mensen.

Frederik Pas

Toespraak voorzitter Johan Vanslambrouck

Voorzitter Johan Vanslambrouck, vijfde IJzerwake, 2006

Het testament van de IJzersoldaten is één van die merkwaardige boodschappen die naarmate ze ouder worden steeds actueler worden.
De wereld is kleiner geworden en ook een conflict ver van hier kan rechtstreekse en diepgaande gevolgen voor ons hebben.
Wat thans in het Midden Oosten gebeurt, kan niemand onberoerd laten.
Het conflict tussen Israël en de Arabische wereld is een complex gegeven en niemand heeft een pasklare oplossing. Maar het moet ondertussen toch wel voor eenieder duidelijk zijn dat dit conflict enkel kan gestopt worden als het recht op zelfbeschikking voor elk volk in dit gebied gerespecteerd wordt.
Israël moet veilig kunnen bestaan, maar een zelfstandige Palestijnse staat met daadwerkelijke economische levenskansen is evenzeer noodzakelijk om een duurzame vrede tot stand te brengen.
Elke staat heeft het recht en zelfs de plicht om zijn burgers te beschermen tegen terroristische aanslagen. Maar het antwoord op politieke terreur kan en mag nooit staatsterreur zijn. Wat Israël in Libanon heeft aangericht overschrijdt ver de grenzen van het gepaste antwoord.
Allicht zal een internationale vredesmacht de vechtende partijen gescheiden houden. Vraag hierbij is: moeten ook wij soldaten leveren voor deze troepenmacht? De houding van de Vlaamse Frontsoldaten moet ons hierbij vandaag inspireren. Het is onze menselijke plicht om de getroffenen door het oorlogsgeweld met humanitaire acties bij te staan. Wij kunnen deelnemen aan diplomatieke en economische druk om een oplossing tot stand te brengen. Maar het is moreel niet te verantwoorden om Vlaamse soldatenlevens op het spel te zetten in conflicten die in wezen aan ons vreemd zijn.

Mogelijks worden wij in de nabije toekomst geconfronteerd met een verdere verspreiding van kernwapens. Het is een beangstigende gedachte dat het door islamfundamentalisten bestuurde Iran en het stalinistische Noord-Korea over kernwapens zouden kunnen beschikken.
Het zelfbestuur van volkeren – met inbegrip van het recht op zelfverdediging – is een principe dat de grondslag vormt voor onze houding in de internationale politiek. Maar laten we daarbij niet naïef zijn. De wereld wordt er niet beter op als landen als Iran of Noord-Korea over kernwapens kunnen beschikken.
De internationale gemeenschap heeft het recht en de plicht om door politieke en economische druk deze ontwikkeling te stoppen.
Als erfgenamen van het ‘nooit meer oorlog’-principe kunnen we echter op dit ogenblik geen militaire interventie aanvaarden. Er zijn reeds te veel oorlogen gevoerd om de vrede te bewaren. Eén Irak is er één te veel.

De internationale ontwikkelingen – hoe belangrijk ook – mogen onze aandacht niet afleiden van onze belangrijkste opdracht: het verwezenlijken van de onafhankelijke Vlaamse staat.
Bij het eeuwfeest van het Belgisch onding dichtte René De Clercq reeds:

“Daar is een Belgisch koning, veel Belgische vertoning,
Een Belgische vlag en een Belgisch lied,
Maar Belgen, Belgen zijn er niet.”

Zij die vandaag goed leven van het halfslachtige federale status quo houden ons voor dat het Vlaamse zelfbestuur grotendeels gerealiseerd is. René De Clercq parafraserend kunnen wij zeggen

“Daar is een Vlaamse regering, veel Vlaamse belering,
Een Vlaamse vlag en een Vlaams lied,
Maar Vlaamse macht, Vlaamse politieke macht die is er nog altijd niet.”

Over enkele weken trekt Vlaanderen naar de stembus voor de gemeente- en provincieraadsverkiezingen. Verkiezingen waar voor het eerst niet-Europese vreemdelingen over stemrecht beschikken. Dit stemrecht werd ons opgedrongen door een Franstalig front, tegen de wil van de Vlamingen in.
Dit feit zegt meer over de werkelijke krachtsverhoudingen in dit land dan een hele cursus staatsrecht. Thans blijkt dat ook de vreemdelingen zelf lang geen vragende partij waren voor dat stemrecht. In een stad als Mechelen maakt niet eens vier procent van de vreemdelingen gebruik van dit stemrecht en dit na een intensieve campagne gefinancierd met overheidsgeld.
Het vreemdelingenstemrecht zal voor de meeste gemeenten in Vlaanderen dus weinig of geen politieke gevolgen hebben. Maar het opdringen ervan door de Waalse minderheid blijft onverkort een smet op de Vlaamse democratie.
Die politieke gevolgen laten zich wel voelen te Brussel en uiteindelijk was het de Parti Socialiste vooral daarom te doen. De PS wil door het ronselen van stemmen bij vreemdelingen haar machtspositie in de hoofdstad uitbouwen.
Het praktische gevolg is ondertussen wel dat Vlaamse lijsten nog maar bitter weinig kans maken om mandatarissen af te vaardigen in de gemeenteraden.
Met als resultaat dat in zowat alle Brusselse gemeenten de Vlamingen een onderkomen hebben gezocht op Franstalige lijsten. Niet zomaar bij geestverwanten, maar ook bij de Vlamingenhaters van de MR-FDF-tandem. Ook bij de maffiosi van de Parti Socialiste.

Mag het ons nog verbazen dat deze zogenaamde Vlamingen geen krimp geven als de taalwetten te Brussel genegeerd worden? Kan het nog verbazen dat deze collaborateurs in alle talen zwijgen over de schandelijke taaltoestanden in de Brusselse ziekenhuizen? Ziekenhuizen waar men personeel zoekt dat Frans en Arabisch kent, Frans en Roemeens, Frans en Pools, Frans en noem op welke taal, als het maar niet het Nederlands is.
Diegenen die graag heel euforisch doen over diversiteit en veelkleurigheid zijn vaak dezelfden die niets onverlet laten om het Nederlands weg te zuiveren uit Brussel.
De onwil bij de Franstaligen om Nederlands te leren tart alle verbeelding. Het is goed dat de Vlaamse minister president hieraan herinnert. Maar dat volstaat niet. De Vlaamse regering moet nu de daad bij het woord voegen en met een krachtig Vlaams beleid verfransing rond Brussel tegengaan.
Als wij vandaag opkomen voor een onafhankelijke Vlaamse staat werpt men ons vaak voor: wat met Brussel?
In onze strategie tegenover Brussel moeten we twee dingen goed voor ogen houden:
1. In de huidige situatie is de Vlaamse invloed te Brussel onbestaande. Politiek en sociologisch hebben de Vlamingen Brussel verloren.
2. Slechts datgene wat we zelf opgeven is definitief verloren.

Uit het eerste gegeven volgt dat het Brussels dreigement om een zelfstandige Franstalige stadstaat te worden bij het uiteenvallen van België, ons geenszins mag verhinderen om toch de Vlaamse onafhankelijkheid na te streven. We kunnen immers niet verliezen wat we al kwijt zijn, we kunnen het alleen heroveren.
De vraag is trouwens niet wat Vlaanderen verliest indien Brussel zich afscheidt, maar wel wat Brussel kan beginnen zonder Vlaanderen.
Zonder massale Vlaamse investeringen in de mobiliteit wordt Brussel op korte termijn een zo goed als onbereikbaar eiland. Brussel is als zelfstandige staat financieel niet leefbaar. Er wonen te Brussel inderdaad welstellende burgers, maar nog veel meer steuntrekkers en paria ’s van allerlei slag.
Veel wijken liggen er verwaarloosd en verloederd bij. Brusselse separatisten die de redding verwachten van Europa vergeten dat de Europese instellingen enkel te Brussel blijven omdat de Belgische staat daar veel geld voor over heeft. Een financiële inspanning die Brussel zelf niet kan opbrengen.
Brussel is vandaag een verarmde en verloederde stad, maar het blijft onze stad. Daarom moet Vlaanderen bereid blijven om in deze stad te investeren. Maar niet te allen prijze. Bij de Vlaamse staatsvorming is het uitgangspunt dat Brussel een Vlaamse stad wordt met een tweetalig statuut.

De Brusselse structuur moet eenvoudig, doorzichtig en efficiënt worden. Met ruimte voor de Brusselaars om de zaken die enkel henzelf aanbelangen ook zelf te regelen, maar zonder inspraak van de buurstaat Wallonië.
Vlaanderen kan aan Brussel als echte Europese en Vlaamse hoofdstad een nieuwe toekomst bieden. Wie het goed meent met Brussel kan hierop niet neen zeggen. Het alternatief is verder verval in een gespleten samenleving met grote luxe en rijkdom langs de ene kant en uitgesproken marginalen aan de andere kant.
2007 wordt een belangrijk jaar voor de Vlaamse zelfstandigheid. De oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde kan dan niet langer naar achter geschoven worden.
Ondanks een economisch en demografisch overwicht, ondanks het onbetwistbare juridische gelijk zijn de Vlaamse politici er niet in geslaagd om Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen. De reden ligt voor de hand: er stond een eensgezind Franstalig afwijzingsfront tegenover een hopeloos verdeelde Vlaamse politieke klasse.
Vlaamse frontvorming is dus het gepaste antwoord op de Franstalige arrogantie rond Brussel-Halle-Vilvoorde, de nachtvluchten, de transfers en zovele andere hete hangijzers.
Wie de Vlaamse politiek blijft opdelen in zogenaamd ‘democratische’ en ‘ondemocratische’ partijen, maar ondertussen wel onderhandelt met de Vlaamshatende racisten van het FDF en met de corrupte Parti Socialiste is hypocriet en dus ongeloofwaardig.
Sterker nog: deze houding zorgt op een cruciaal moment voor een verzwakking van de Vlaamse politieke macht en legt dus de basis voor een nieuwe debacle.
De Vlaamse kaarten liggen momenteel niet gunstig voor de onvermijdelijke besprekingen van 2007. Van enige Vlaamse frontvorming is geen sprake. Er zijn ministers die de handdoek in de ring gooien, nog voor de confrontatie begonnen is.
Wat moeten we denken van een minister die zonder slag of stoot de luchthaven op Zaventem wil prijs geven, enkel en alleen om de Franstaligen te behagen?
Wat moeten we denken van een premier Verhofstadt die bovenop alle grendelwetten, alarmbelprocedures en een paritaire federale regering de Franstaligen ook nog een paritaire Senaat wil cadeau doen? Is dat de prijs waarmee hij een derde ambtstermijn hoopt af te kopen?
Van dat soort staatshervormingen willen wij onder geen beding weten. Wat we nodig hebben is niet een Belgische staatshervorming, maar Vlaamse staatsvórming.
Wij hebben schoon genoeg van de onredelijke transfers naar Wallonië. Wij hebben genoeg van de fratsen van de Vlamingenhaters als Laurette Onckelincx, die haar kabinet bevolkt met een internationaal gezochte drugsdealer (een ervaringsdeskundige allicht) en ondertussen een patent heeft op het laten lopen van gevaarlijke misdadigers en terroristen.
Wij hebben ten slotte genoeg van de fratsen van een koningshuis waar een nietsnut met een jaarinkomen van 300.000 euro doodleuk komt vertellen dat hij niet rond komt.
Wat ons betreft hebben Laurette en Laurent een toekomst als tragikomisch duo, maar uit het Vlaamse openbare leven moeten ze weg blijven.
De onafhankelijke Vlaamse staat is ten slotte nodig om de democratie te herstellen in Vlaanderen. Het democratisch deficit binnen de Belgische federatie is enorm. Wat ook de uitslag van de verkiezingen is, het beleid blijft grotendeels hetzelfde. Gewoon omdat de beruchte Belgische evenwichten geen andere keuze toelaten.
In een onafhankelijk Vlaanderen kan het politiek debat terug de betekenis krijgen die het toekomt.
Dat debat moet met argumenten gevoerd worden, niet met valse sentimenten. Het demoniseren van politieke overtuigingen levert geen bijdrage tot een goed bestuur.
Tegenover de haatdronken Barmannen die uit naam van de verdraagzaamheid een extreme onverdraagzaamheid prediken zeggen wij met Frans Daels:
“Vergeet nooit dat niemand van ons het monopolie van het goede bezit, ook niemand het monopolie van het kwade, maar dat ieder van ons mag hopen toch een deel goeds en een deel rechtvaardigs in zijn streven te bezitten.”
Bedevaarders, op 11 juli 1917 verscheen de eerste open Frontbrief, volgend jaar dus 90 jaar geleden. Daarmee begon de moderne Vlaamse Beweging.
2007 is dus een geschikt jaar om eindelijk het Vlaamse zelfbestuur te realiseren in de enige vorm die daarvoor geschikt is: de onafhankelijke Vlaamse staat.

Toespraak gastspreker Eric Defoort

Gastspreker Eric Defoort. Vijfde IJzerwake, 2006

De “IJzerwake” herdenkt. En dat is goed. Men komt niet van nergens. Het is een hoogst ridicule puberale gedachte dat de wereld bij jezelf begint. Men is onvermijdelijk ook een afstammeling, en pas wanneer men dat aanvaardt kan men de ambitie hebben een voorvader te worden. Het is gezond en verrijkend je verleden te koesteren, maar het is steriel je heden erin te koesteren. Je haalt inspiratie uit het verleden, maar het heden en de toekomst mogen er niet door gedetermineerd worden, mogen noch kunnen er een kloon van worden. Ik las ooit een mooie verwoording van deze gedachte – ik citeer -: “De voorvaderen moeten in mij, herboren, voortleven, scheppend voor een verder gevorderde wereld”.

Zo beleef ik dat ook m.b.t. het Vlaams-nationalisme. Hier te Steenstrate voel ik mij, samen met U, over vele generaties heen verbonden met de Vlaamsgezinde Frontsoldaten, de verwekkers van de Frontbeweging en later van de Frontpartij, dragers van een politiek Vlaams-nationalisme. Vanuit hun toenmalige “Godsvrede”-gedachte probeerden zij de levensbeschouwelijke verschillen, hoofdzakelijk tussen katholiciteit en vrijzinnigheid, in de politieke praktijk te overstijgen binnen één Vlaams-nationaal partijverband. Maar een echt succesverhaal werd die godsvrede van toen niet. En tot op vandaag, zovele decennia later, blijft “Godsvrede” een grote Achilleshiel van het Vlaams-nationalisme. Uiteraard geef ik dat concept van “Godsvrede” in deze beginnende 21ste eeuw een bredere inhoud dan de nagenoeg strikt levensbeschouwelijke waar het de Fronters in de eerste decennia van de vorige eeuw om te doen was.

Ik zie hier op deze weide een aantal vriendinnen en vrienden waarvan ik de schakeringen in hun maatschappelijk denken zowat ken. Ik zie vele kennissen die ik op sommige punten enigszins politiek kan situeren. Ik zie U allen, meerdere duizenden die ik niet ken. Maar ik heb hier en vandaag de zekerheid dat wij met z’n allen alvast één streven delen, te weten het streven naar een Vlaamse natie die via een eigen Staat welvaart en welzijn schept voor haar burgers, die onbevoogd en open deelneemt aan het internationale gebeuren. En precies vanuit die positieve betrachting, en niet uit welkdanig negativisme, zijn wij met z’n allen separatist, niet op een omfloerste maar op een open , enthousiaste, assertieve wijze. Het gaat hier zonder meer om opties die binnen een parlementaire democratie voluit een legitiem en honorabel bestaansrecht hebben.

Maar er is een probleem. Sta me toe om heel concreet te zijn. Een zeer goede Vlaams-nationale vriend krijgt in privékring van mij nu en dan plagerig te horen: “Wij willen deze Belgische Staat splitsen, maar we slagen er nog niet in om een kiesarrondissementje gesplitst te krijgen”. Mag men zoiets niet uitspreken om moedeloosheid te ontlopen? Deze confrontatie kan hard zijn, maar ze kan tegelijkertijd uiterst heilzaam zijn omdat ze ons verplicht de oorzaken van een dergelijk, ergerlijk, Vlaams-nationaal onvermogen te benoemen. Ze zijn ongetwijfeld velerlei, maar een ervan is trefzeker een niet werkzame en soms zelfs onbestaande “Godsvrede”. Hoezo?

Hier te Steenstrate willen wij met z’n allen de Vlaamse zelfstandigheid. Maar ik weet met een even grote zekerheid dat wij onderling bijwijlen zeer uiteenlopende en soms zelfs haaks op elkaar staande meningen hebben over belangrijke aangelegenheden, sociale, ethische, economische, culturele, filosofische… en ga zo maar door. Het getuigt van een levendig democratisch gebeuren binnen Vlaanderen, met alle kleuren van de regenboog die, zoals iedereen weet, onvermijdelijk loopt van uiterst links naar uiterst rechts en vice versa. Dit democratische gehalte van Vlaanderen wordt wel voortdurend bedreigd door diegenen die op een autoritaire ondemocratische manier, liefst verscholen achter ethische voorwendsels, of het uiterst linkse, of het uiterst rechtse deel van de boog willen wegsnijden. Ze roepen dat “linkse ratten hun matten moeten rollen”, waarop de tegenkreet komt dat “rechtse mestkevers “moeten worden uitgeroeid”. En tot slot zien de “ratten” en de “mestkevers” in het centrum van de boog alleen nog “mosselen”. Voorwaar, een beestenboel.

De regenboog moet stuk onder het motto: “De gedachten zijn vrij op voorwaarde dat het de mijne zijn”. Buiten het Vlaams-nationalisme is de ijver in deze richting des te groter. Belgicisten zijn als de dood voor een Vlaams-nationale godsvrede die ze steeds weer onderuit trachten te halen via de, in een democratie, hoogst normale verschillen in ethische materies, in sociale keuzes, in economische opties, in internationale politieke opstellingen … en zo verder. En tot op heden vonden zij binnen Vlaams-nationale middens nu en dan objectieve bondgenoten in de ondermijning van die godsvrede, essentieel instrument in de democratische strijd voor onafhankelijkheid. In dat verband past , hier te Steenstrate, een “groot pardon” tegenover de talloze Vlaams-nationale militanten verspreid over de U nu al bekende regenboog. Ik spreek dat “pardon” uiteraard alleen in mijn eigen naam uit, maar zet bij deze ook anderen ertoe aan om hetzelfde te doen: Ook ik heb, uiteraard met goede maar nationaal niet altijd doordachte bedoelingen , bijwijlen objectief meegewerkt aan een ondergraving van de “Godsvrede” als een van de hefbomen naar onafhankelijkheid. Ik wil bij deze een engagement aangaan, en roep iedereen op dit samen met mij te doen. Het is geen engagement om opinies allerhande over zovele uiteenlopende maatschappelijke aangelegenheden af te zweren, of zelfs nog maar onder de korenmaat te houden. Integendeel. Binnen een parlementaire democratie kunnen wij rustig onder elkaar over dat alles van mening verschillen en, wanneer wij het nodig achten, zelfs als harde tegenstanders van elkaar optreden. Een dergelijke situatie zal trouwens ook in een onafhankelijk democratisch functionerend Vlaanderen blijven bestaan. Het engagement geldt wel voluit dat bovengenoemde verschillen nooit meer de godsvrede m.b.t. onze nationale aangelegenheid, te weten de democratische strijd voor onafhankelijkheid , mogen doorbreken. Onder die modaliteiten maken we allen samen enthousiast tot ons devies: als het om de natie gaat zijn wij één..

Bij die “godsvrede“ kan, in deze beginnende 21ste eeuw, een strategisch luik niet ontbreken. Vlaams-nationalisten opereren politiek vanuit meerdere partijen. Deze situatie hoeft niet onontkoombaar de “godsvrede” in gevaar te brengen. Onder bepaalde voorwaarden zou ze zelfs de slagkracht van het Vlaams-nationalisme kunnen vergroten. En een van die voorwaarden is de “godsvrede”. Zij die deelnemen aan de macht en beweren stap voor stap te werken aan de weg die naar onze onafhankelijkheid moet leiden, zijn Vlaams-nationaal en democratisch goed bezig… als ze ook effectief belangrijke stukken van die weg afwerken en als de daarbij gesloten compromissen Vlaanderens toekomst niet blijvend afremmen. Zij die in de oppositie zitten kunnen niet aflatend en compromisloos de these van Vlaanderens onafhankelijkheid naar voor schuiven, en door hun sterkte de Vlaams-nationale collega’s en hun kartelpartners die deelnemen aan de macht, onder de dreiging van een dodelijke electorale afstraffing, tot verdere stappen dwingen. Op die manier zijn ook zij Vlaams-nationaal en democratisch goed bezig, en het tegendeel van “niets doende schreeuwers aan de kant van de weg”. De eersten krijgen vanuit de machtsuitoefening de neiging om zich exclusief te focussen op het “mogelijke”. De tweeden beklemtonen vanuit de oppositie voortdurend het “noodzakelijke”. Hierbij denk ik onvermijdelijk aan een voormalige hoofdredacteur van de N.R.C., de heer Heldring, die ooit schreef – ik citeer : “Als je alleen wil bereiken wat je kan bereiken, dan zal je zelfs dat laatste niet bereiken”. Maar deze twee elementen , het “mogelijke” en het “noodzakelijke” hoeven niet tegenover elkaar te staan. Ze kunnen samenkomen in de uitstekende operationele twee-eenheid van de “godsvrede”. Immers, politiek is niet, zoals zovelen maar al te graag uitbazuinen, “de kunst van het mogelijke”. Politiek is wel “ de kunst om mogelijk te maken wat noodzakelijk is”.

En als straks, en vooral over een jaar, begrijpelijke electorale concurrentiële spanningen hoogtij vieren, en als regeringsonderhandelingen de zenuwen slopen, laten Vlaams-nationalisten dan, in hun normale onderlinge strijd om de kiezer en om de macht, nooit meer het “godsvrede”-principe vergeten: “ als het om de natie gaat zijn we één”. Dan kunnen we rustig en trefzeker een passage uit een lied dat ons allen heel dierbaar is, parafraseren tot: “Ze zullen ons niet temmen”.

Boodschap van de jeugd: Pieter Bauwens

Spreker namens de jeugd, Pieter Bauwens. Vijfde IJzerwake, 2006.

Bedevaarders, hier staan we. Voor de vijfde keer op een wake, als bannelingen in een wei bij het monument voor de gebroeders van Raemdonck. Stil staan we samen te dromen van een weide hier enkele kilometers verderop. Een weide met een Toren. Ik veronderstel dat wij allemaal liever daar zouden staan. Bij echte godsvrede, echte verdraagzaamheid zou er maar één ijzerherdenking zijn. Namens de jongeren wil ik hier een oproep doen, echte godsvrede of echte verdraagzaamheid betekent dat niemand zich opsluit in het grote gelijk en dat de Vlaamse Beweging aan de IJzer weer met één stem kan spreken. Vlaamse vrienden: we zijn lang genoeg gescheiden, de kinderen klagen.

Jonge Vlamingen, wie zijn klassieken kent, kent ongetwijfeld het volgende: “en hier staan wij ’t hoofd omhoge vuisten sidderen kokend bloed. Vlam in ’t herte. Vlam in d’ogen…”. Ondanks mijn mooie tenor heb ik het niet gezongen, maar u kent het wel. De realiteit is vaak anders. Vaak staan wij niet ’t hoofd omhoge, maar de blik afgewend naar beneden, bijtend op de lip. Wij zijn vaak te bang om te zeggen wie we zijn en waar we voor staan. We zijn brave Vlamingen en zwijgen om onze job, om de leerkrachten, de buren,… Er zijn zoveel redenen om te zwijgen. Maar we vergeten dan dat wie bang is de klappen krijgt, wie assertief (en dat is niet agressief) opkomt voor zijn overtuiging, dwingt respect af. Er zijn er teveel die maar Vlaming durven zijn onder vier ogen. Dat helpt ons niet vooruit. Wij moeten Vlaming zijn, ’t hoofd omhoge!
Vlaamse jongeren, wij moeten durven. Wij moeten laten zien wie we zijn. Wie of wat zouden wij moeten vrezen? De Vlaamse Beweging is een democratische beweging die een meerderheid werft voor haar overtuiging. Die overtuiging is dat mijnheer en mevrouw Vlaanderen beter af zijn in een onafhankelijke Vlaamse staat. Daarvoor opkomen is niet ‘fout’. Met die overtuiging zijn wij geen extremisten. Wij ijveren voor de beste toekomst voor wie in Vlaanderen woont, is er een betere drijfveer voor politiek engagement te vinden?

Jonge Vlamingen, wij krijgen onze toekomst niet cadeau. Wij hebben nog veel werk. We moeten een meerderheid van de Vlamingen overtuigen dat een onafhankelijk Vlaanderen meer kansen biedt dan het kansloze België. Die meerderheid werven we niet door elkaar in donkere kelders of gezellige clubjes gelijk te geven. Wij moeten vrij en vrank elke Vlaming in de ogen kijken en overtuigen dat iedereen er beter van wordt als we in Vlaanderen zelf onze keuzes kunnen maken. Dus jonge Vlamingen, ga de straat op, laat zien wie je bent, laat zien die leeuw, laat je horen, in de klas, op het werk, in de sportclub, in de jeugdbeweging, overal. Werk mee aan de Vlaamse Beweging en werf een meerderheid voor Vlaamse onafhankelijkheid.

En jonge Vlaming, als een of andere hogepriester uit de kerk van de politieke correctheid, u zuur toefluistert, dat je moet stoppen met die extremistische praat, vraag hem of haar dan of die het Manifest van de warandegroep heeft gelezen. Als dat het geval is, dan moet u vragen of de schrijvers daarvan ook allemaal extremisten zijn. Als daarop het antwoord ja is, verspeel dan uw adem niet langer aan een dergelijk sujet. Glimlach even, deze mensen zijn jammer genoeg te verzuurd om nog vrij en open te kunnen denken. Stoor u er niet aan, blijf als ambassadeur van Vlaanderen vriendelijk. Maar spaar uw adem voor diegenen die we wel kunnen overtuigen. Weet, jonge Vlamingen, hoe harder ze ons uitschelden voor extremisten, hoe dichter de onafhankelijkheid van Vlaanderen komt. Schelden is een teken van onmacht. Hun scheldwoorden aan ons zijn de laatste strohalm waaraan ze zich vastklampen. Onze boodschap kunnen ze niet weerleggen ze maken ons, de boodschappers, verdacht. Wees gerust, eens die mensen merken dat een meerderheid extremist geworden is, kiezen die wel eieren voor hun geld, ze zullen ons nog voorbijsteken in ijver.

Wij jongeren zijn opgegroeid in een land dat te ingewikkeld is om er de structuur van te studeren, laat staan om er op een examen deftige cijfers voor te halen. Die moeilijke structuur moet verdoezelen dat België eigenlijk niet meer bestaat. Vlaanderen en Wallonië leven naast elkaar. Er zijn geen nationale media meer, geen nationaal leger, dat is gesplitst in Vlaamse en Waalse eenheden en als Flahaut nog lang minister is enkel nog in Waalse eenheden. Er zijn ook geen nationale partijen meer. U kan zich ergeren aan de corruptie van de PS of het wanbeleid in Wallonië, maar kan er niets aan doen. Nu kan u zeggen dit is een pleidooi voor nationale structuren… Neen, want we moeten ons blijven herinneren dat de opdeling er gekomen is omdat de unitaire werking niet meer mogelijk was. De scheiding van de Belgische geesten is al lang geleden gebeurd. Maar waarom moet het land dan blijven bestaan? Er zijn enkele goede argumenten voor België: het is de economische zekerheid voor de familie von Saksen Coburg (geen sociale maar een economische zekerheid, u hebt het goed gehoord), er bestaat een Belgisch volkslied, dus moet er ook een land bestaan, wat te denken van de Belgian Chocolats, of het Belgisch bier, de naam België heeft hier een enorme commerciële meerwaarde. U hoort het, het belangrijkste argument voor het voortbestaan van België is: het bestaat, en het moet blijven bestaan omdat “het Belgische samenlevingsmodel zo’n mooi voorbeeld is voor de wereld”. Wij zijn niet gediend met politici die politiek bedrijven als voorbeeld voor de wereld. Mijnheer en mevrouw Vlaanderen zijn niet gebaat bij het voortbestaan van België. Dus Vlaamse politici: verspil uw energie niet aan het altijd opnieuw oplossen van problemen waar men langs de twee kanten van de taalgrens een tegengestelde visie op heeft. Het gevolg is een compromis dat ten eerste, nog jaren aanleiding is voor nieuwe ruzies en ten tweede een krachteloos beleid. Hoeveel energie is zo al verloren gegaan? Kostbare energie die kon aangewend worden om de sociaaleconomische problemen aan te pakken.

Wij willen het anders. Wij willen zelf onze keuzes maken. Het is dan ook zeer jammer dat minister-president Leterme die conclusie niet durft te maken. Meneer Leterme, een goed businessplan steunt op een accurate sterktezwakteanalyse. Als u een eerlijke sterktezwakteanalyse wil maken voor Vlaanderen dan kan dat maar leiden tot één vaststelling: Vlaanderen moet onafhankelijk worden of elke beleidsdaad van u is nutteloos. Als u echt met Vlaanderen de uitdagingen van de volgende jaren wil trotseren, help ons dan onafhankelijk te worden. Vlaanderen kan pas bloeien zonder die energie- en kostenverslindende structuur België!

En Meneer Leterme dat is geen extremisme, maar realpolitiek. Als u echt iets voor uw kiezers wil doen dat de toekomst veilig stelt, doe dan dat. Zeg tegen de Waalse politici dat het mooi genoeg geweest is. Dat mijnheer en mevrouw Vlaanderen vanaf nu zelf hun keuzes willen maken.

Jonge Vlamingen ook al negeert onze minister-president in zijn businessplan een reële waarheid, ze is er wel. De Vlaamse onafhankelijkheid is niet ver meer, de blik naar beneden bijtend op de lip is een blik voor geslagenen, een verliezersblik. Dat is fout! Het lot keert naar onze kant. Ons gezicht mag nu al de overwinning uitstralen! Maar… we mogen niet zelfgenoegzaam worden. Onze onafhankelijkheid kan alleen tot stand komen als we samenwerken. Als we ons eigen grote gelijk aan de kant durven zetten om samen aan hetzelfde zeel te trekken. De jongeren die hier negentig jaar geleden in de modder ploeterden in de Eerste Wereldoorlog noemden dat “godsvrede”, niet zomaar het thema van deze IJzerwake. Wij moeten de wijze les van die generatie onthouden en niet de fout maken ons op te sluiten in ons grote gelijk. Wij willen geen Vlaamse onafhankelijkheid om ons gelijk te bewijzen, wel omdat dat beter is voor mijnheer en mevrouw Vlaanderen. Wij mogen daarbij ook niet sectair te werk gaan. Wie voor een confederaal België is, is onze tegenstander niet, maar minstens tot ergens halverwege een medestander. En wie confederalist is zou eens diep moeten nadenken over een samenwerking met de separatisten. Wij moeten elkaar niet verketteren omwille van ons grote gelijk, maar samenwerken naar ons gemeenschappelijk doel. Een beter Vlaanderen door meer Vlaanderen.

Jonge Vlamingen, ga straks van hier weg, drink gerust nog iets, maar ga naar huis het hoofd omhoge: zeg aan iedereen dat je droomt van een betere wereld, een wereld waarin wij zelf onze keuzes kunnen maken, een wereld waarin we zelf onze toekomst kunnen bepalen, een wereld verrijkt met een onafhankelijk Vlaanderen.